Column Juridisch:

Een non-concurrentiebeding met een zzp-er, mag dat?

Bij medewerkers bij u in loondienst, heeft u misschien wel een non-concurrentiebeding – en in het verlengde daarvan ook een relatiebeding – in de arbeidsovereenkomst opgenomen. U wilt immers voorkomen dat uw werknemer, waar u in geïnvesteerd hebt, met al zijn kennis en kunde direct naar de concurrent overloopt. Een gangbaar arbeidsrechtelijk instrument dat u als werkgever mag inzetten, mits aan alle wettelijke vereisten is voldaan. Maar kunt u het ook inzetten bij zelfstandigen die u tijdelijk inhuurt op basis van een overeenkomst van opdracht, dus bij de zzp-er? Het antwoord luidt: ja. Maar let wel op, want er gelden andere vereisten dan bij het non-concurrentiebeding voor ‘gewone’ werknemers. Misschien nog wel meer dan bij werknemers, is het overeenkomen van een non-concurrentie- en/of relatiebeding met de zzp-er van belang. Juist de zelfstandige die zich laat inhuren heeft vaak een groot netwerk en – als het goed is – meerdere opdrachtgevers. Het risico dat een zzp-er die bij u werkt vervolgens, na afloop van de opdracht, kennis en ervaring meeneemt naar de concurrent, is dan ook doorgaans groter dan bij de ’gewone’ werknemer. 

Het non-concurrentie- en/of relatiebeding bij de zzp-er

Anders dan bij een werkgever-werknemer relatie, die gekenmerkt wordt door de gezagsverhouding, is er bij de opdrachtgever-opdrachtnemer relatie sprake van gelijkwaardigheid. Beiden zijn immers ondernemer. Hierdoor geldt de contractsvrijheid onverkort en kunnen partijen in feite afspreken wat zij willen (zolang dit niet in strijd is met de wet, de openbare orde of de goede zeden). De wettelijke vereisten van het non-concurrentiebeding gelden niet bij de zzp-er. Al kan er door de contractsvrijheid wel aansluiting bij worden gezocht, wat in de praktijk ook vaak gebeurt. 

Ondanks de contractsvrijheid van de opdrachtgever en opdrachtnemer, volgt namelijk uit het algemene Nederlandse verbintenissenrecht ook dat iedere verbintenis wél bepaalbaar moet zijn. In simpel Nederlands: te algemene en vage afspraken mogen niet. Hoe zorgt u er voor dat een non-concurrentie- en/of relatiebeding voldoende bepaalbaar is? Door simpelweg aansluiting te zoeken bij de wettelijke vereisten die gelden voor de werknemer. Specificeer daarom zoveel als mogelijk voor welke (groep van) klanten en/of relaties de zzp-er tijdens en na afloop van de opdracht niet mag werken. En geef ook duidelijk aan gedurende welke periode de zzp-er dat niet mag en wat het geografische bereik is van het non-concurrentie- en/of relatiebeding. Verder bepalen uiteraard ook uw specifieke business en de (tijdelijk) door de zzp-er te verrichten werkzaamheden, de uiteindelijke inhoud van het non-concurrentie- en/of relatiebeding. 

Risico’s! 

U huurt een andere ondernemer in, de zzp-er. Doorgaans zal dit plaatsvinden op basis van een overeenkomst van opdracht. Door het opnemen van een non-concurrentie- en/of relatiebeding kan de overeenkomst van opdracht echter sterk(er) in de richting van een arbeidsovereenkomst wijzen. Een dergelijk beding suggereert immers dat er wellicht toch sprake is van een gezagsverhouding en daarmee wellicht ook dat er toch minder sprake is van een gelijkwaardige relatie tussen partijen. Zo kan de (aanvankelijk bedoelde) ‘overeenkomst van opdracht’ gaandeweg door alle feiten en omstandigheden van het geval, in de praktijk toch kwalificeren als een ‘arbeidsovereenkomst’. Een overeengekomen non-concurrentie- en/of relatiebeding kan in de praktijk zo’n omstandigheid zijn. Met alle gevolgen van dien: u loopt namelijk zowel arbeidsrechtelijke als fiscale risico’s. Arbeidsrechtelijk, als de opdrachtnemer zich ineens op het standpunt gaat stellen dat hij werknemer is, zodra hij bijvoorbeeld ziek wordt en daarom loondoorbetaling verlangt. Fiscaal, als u ineens een navordering voor loonheffing van de belastingdienst krijgt. 

Conclusie

Het is mogelijk om een non-concurrentie- en/of relatiebeding met een zzp-er overeen te komen. Opdrachtgever en opdrachtnemer hebben als gelijkwaardige partijen immers contractsvrijheid. Het beding moet echter wel voldoende bepaalbaar en duidelijk zijn. Zoek daarom op basis van de contractsvrijheid, aansluiting bij de voor de ‘gewone’ werknemer geldende wettelijke vereisten van het non-concurrentiebeding, om te voorkomen dat u het beding te ruim en algemeen formuleert. Beide partijen hebben hier belang bij. De opdrachtnemer omdat hij als ondernemer een bepaalde mate van vrijheid zal wensen en u als opdrachtgever vanwege de hiervoor benoemde risico’s! 

Stijn Maas
Stijn MaasOntslagrecht deel 2
Geboortejaar: 1977
Bedrijf: Allied Advocaten
Functie: Advocaat/Partner
Specialisatie: Arbeidsrecht
Ondernemers: “Kunnen mij altijd vrijblijvend bellen. Hoe benader ik klanten? Ik geloof in een persoonlijke benadering en een goede en duurzame samenwerking met klanten. Niet een kantoor staat u bij, maar de mens en advocaat Stijn Maas. Zoals ik mens ben, ben ik ook als advocaat: no nonsens en down-to-earth. Laagdrempelig en praktisch.”
Motto: “Als specialist arbeidsrecht bied ik praktisch, betaalbaar en laagdrempelig arbeidsrechtadvies voor particulier en MKB-ondernemers, zodat de arbeidsrechtadvocatuur voor een bredere groep mensen bereikbaar wordt. Dit doe ik met mijn unique selling points: een brede blik, betaalbaar en betrokken.”
smaas@alliedadvocaten.nl

Klik hier voor een overzicht van alle andere columns

Neem contact op

Wilt u ons een bericht sturen? Wij nemen zo spoedig mogelijk contact met u op.

0